Kenmerken van de installatie
Ontwerper(s)
Otis
Installatie
oorspronkelijke installatie
Datum van ingebruikname
1935
Juridisch statuut
Procedure tot bescherming sinds 05 oktober 2023
Erkenning van de historische waarde op 10 maart 2021
Hoofd- of dienstlift
dienstlift
Energie
elektrisch
Serienummer
A0446
Aantal stopplaatsen
9
Nominale last (kg)
240
Aantal personen
3
Snelheid (m/s)
0,5
Type schacht
deels geopend schacht
Schachtwanden
smeedwerk
gaas
Bordesdeuren
oude element(en)
traliewerk
vleugeldeur
Geleiders
T-vormig ijzeren
Plaats van het tegengewicht
in een gemeenschappelijke schacht
Oproeknoppen
oude
Oude fabrieksmerken
neen
De kooi
Vorm van de kooi
vierhoekig
Kooimaterialen
metaal
Kooideur
metalen vouwhek
Bedieningsknoppenkast
oude
Identificatieplaatjes
oude
Machinerie
Plaats van de machinerie
in de zolder
Lier
recente motor
tractieschijf
Schakelbord
recent
Verdiepingskiezer
recent
Snelheidsbegrenzer
oude snelheidsbegrenzer
Metadata
Datum redactie fiche
Dinsdag 27 juli 2021
Auteur van de fiche
Christophe Mouzelard
id
Urban : 304
Beschrijving
Het gebouw gelegen Emile
Duraylaan 68 in Brussel maakt deel uit van een geheel gevormd door vijf
standingvolle appartementsgebouwen in art-decostijl met classicistische invloed,
ontworpen door architect Camille Damman voor de Société Belge Immobilière, nr. 60-62 tot 68 in 1925-1926, nr. 4-4B
Lied van Sotternieënlaan in 1930.
De dienstingang, gelegen in de onderbouwHoge sokkel, reikend tot ongeveer het midden van de toegang; meestal in hardsteen., rechts van de hoofdingang, leidt via een gang naar een secundaire trap en lift, gelegen aan de achtergevel, die rechtstreeks toegang verlenen tot de kelder, de appartementen en de dienstvertrekken op de zolderRuimte onder het dak.. De dienstliftSecundaire lift voor gebruik door huispersoneel en vervoer van voorraden. van
het merk Otis werd in 1935 in gebruik genomen en bedient dus twee bouwlagen meer
dan de hoofdliftIn het nederlands gebruiken we de term hoofdlift wanneer er in het gebouw ook een dienstlift aanwezig is. . De diensttrap bevindt zich achter het hoofdtrappenhuis en wordt overvloedig
verlicht door de venstersLicht- en/of luchtopening in een muur. van de achtergevel. De twee trappenhuizenGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. worden van elkaar gescheiden
door een muur met openingen versierd met glas-in-loodramen die het
hoofdtrappenhuis verlichten. De houten diensttrap is heel eenvoudig en smal, de
overlopen zijn in granito uitgevoerd. De schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. van de dienstliftSecundaire lift voor gebruik door huispersoneel en vervoer van voorraden. is gedeeltelijk open, en beschermd met ijzeren kaders die eenvoudig traliewerk omsluiten. De bordesdeuren
zijn analoog aan de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. met traliewerk, behalve op de benedenverdieping, waar de
deur vol is. De oproepknoppen zijn op elke verdieping bewaard.
De liftkooi is vervaardigd van metaal; het
ondergedeelte is vol terwijl het opengewerkte bovengedeelte wordt beschermd
door metalen traliewerk met vierkante mazen. De kooi bezit nog haar oorspronkelijke
bedieningspaneel en metalen vouwhekEen sluitsysteem bestaande uit door beweegbare dwarsbalkjes verbonden met staanders, en dat tussen een boven- en een onderrail in- en uitklapt..
De aandrijving
is gedeeltelijk gewijzigd : nieuwe aandrijving en motor, oude snelheidsbegrenzer.
Deze authentieke lift heeft een historische
en sociale waarde. Hij is een voorbeeld van een goed geïntegreerde
industriële installatie bestemd voor de circulatie van het dienstpersoneel in
een standingvol gebouw.