Kenmerken van de installatie

Ontwerper(s)

Schindler

Installatie

oorspronkelijke installatie

Datum van ingebruikname

1928

Juridisch statuut

Erkenning van de historische waarde op 15 september 2021

Hoofd- of dienstlift

hoofdlift

Energie

elektrisch

Serienummer

9689N4

Aantal stopplaatsen

6

Aantal personen

3

Snelheid (m/s)

0,57

Type schacht

deels geopend schacht

Bordesdeuren
oude element(en)

smeedwerk
vleugeldeur

Geleiders

T-vormig ijzeren

Plaats van het tegengewicht

in een gemeenschappelijke schacht

Oproeknoppen

oude

Identificatieplaatjes

geen

Oude fabrieksmerken

ja

De kooi

Vorm van de kooi

vierhoekig

Kooimaterialen

houten

Kooideur

metalen en houten vouwhek

Machinerie

Plaats van de machinerie

in de kelder

Lier

oude motor
kabeltrommel

Metadata

Datum redactie fiche

Maandag 13 september 2021

Auteur van de fiche

Christophe Mouzelard

id

Urban : 11
lees meer

Beschrijving

Het in 1928 gebouwde appartementsgebouw op nummer 35 Blanchestraat maakt deel uit van een geheel van drie gebouwen (35, 37 en 39) in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk., gebouwd op basis van de plannen van de architecten Lefèvre, Duhayon en Julien voor rekening van de Société Belge Immobilière.


De Schindlerlift, die tegelijkertijd met het gebouw werd ontworpen, circuleert in een aan drie zijden gesloten schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. , in tegenstelling tot de liften van de twee andere gebouwen, die Otisliften zijn en in het trapgat circuleren. De lift bevindt zich in de marmeren hal, rechts van de hoofdtrap, eveneens in marmer, die een mooie smeedijzeren leuning met Beaux-Artsmotieven bezit. Dankzij deze indeling, die verschillend is van die van de aanpalende gebouwen, kon de hoofdtrap worden verkleind en konden de personenlift en de goederenliftEen lift die voornamelijk bestemd is voor het vervoer van goederen/voorwerpen.  worden gegroepeerd in aan elkaar palende schachtenDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. .


De houten liftkooi is met panelen bekleed en wordt door een houten vouwhekEen sluitsysteem bestaande uit door beweegbare dwarsbalkjes verbonden met staanders, en dat tussen een boven- en een onderrail in- en uitklapt. afgesloten. De bordesdeuren zijn uitgevoerd in smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen… met motieven die analoog zijn aan die van de borstwering1. Verhoogd gedeelte van een vestingsmuur waarachter men veilig kan lopen; - 2. Muurtje of hekwerk (balkon, terras); - 3. Deel van een muur tussen vloer en onderzijde van een venster; - 4. Verhoging van de buitenmuren van een huis boven de zolderbalken waarop een muurplaat rust. van de hoofdtrap. De oorspronkelijke oproepknoppen zijn op alle verdiepingen bewaard gebleven. Dit verzorgde decor vormt een coherent geheel dat typisch is voor deze appartementsgebouwen in Beaux-ArtsstijlArchitectuurstroming (ca. 1905-1930) met reminiscenties aan de grote Franse architectuurstijlen uit de 18e eeuw. Rijk en zorgvuldig gedecoreerde gevels in natuursteen en/of simili of in combinatie met baksteen. Borstweringen en poorten in fraai uitgewerkt smeedwerk. uit het interbellum.


De nog grotendeels bewaarde aandrijving is in de kelder geïnstalleerd.


De originele integratie van de lift en de verzorgde afwerking van de liftkooi en van de bordesdeuren die bij de borstwering van de trap aansluiten, verlenen een grote esthetische, historische en technische waarde aan deze nog authentieke lift.