Kenmerken van de installatie

Ontwerper(s)

Otis

Installatie

oorspronkelijke installatie

Datum van ingebruikname

1919

Juridisch statuut

Erkenning van de historische waarde op 04 juli 2019

Hoofd- of dienstlift

hoofdlift

Energie

elektrisch

Aantal stopplaatsen

6

Nominale last (kg)

240

Aantal personen

3

Snelheid (m/s)

0.6

Type schacht

deels geopend schacht

Schachtwanden

smeedwerk
gaas

Bordesdeuren
oude element(en)

smeedwerk
traliewerk
vleugeldeur

Geleiders

ijzeren ronde

Plaats van het tegengewicht

in een gemeenschappelijke schacht

Oproeknoppen

oude

Identificatieplaatjes

oude

Oude fabrieksmerken

ja

De kooi

Vorm van de kooi

vierhoekig

Kooimaterialen

houten bewerkte glazen (bedrukt, gekleurd, afgeschuind)

koepel

Kooideur

metalen vouwhek

Bedieningsknoppenkast

recente

Identificatieplaatjes

oude

Kooiaccessoires

spiegel

Machinerie

Lier

recente motor
kabeltrommel

Metadata

Datum redactie fiche

Zaterdag 29 mei 2021

Auteur van de fiche

Muriel Muret

id

Urban : 432
lees meer

Beschrijving

Dit appartementsgebouw aan de straatkant combineert oorspronkelijk een industriële functie in het achtergebouw. Het grote appartementsgebouw werd in 1913 gebouwd door architect Van Lint in een eclectische stijl met Beaux-Arts inslag. Het centrale trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. verdeelt twee appartementen per verdieping.
Na een eerste inkomhal opent het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. zich. De lift bevindt zich naast het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht., in een open schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. . De Otis-lift dateert van 1919 en is daarmee een zeer interessant voorbeeld van de oudste generatie liften die in Brussel zijn geïnstalleerd. Hij is zeer goed geïntegreerd in het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. en heeft zijn oorspronkelijke kenmerken behouden. De wanden van de schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn.  worden gevormd door de balustradeHekwerk van spijlen of balusters. van de trap, omzoomd door een rooster en bekroond door roosterpanelen in een ijzeren frame met decoratieve motieven die doen denken aan de stijl van het gebouw en groen geschilderd, misschien nog de oorspronkelijke verf.
De bordesdeuren zijn eveneens van smeedijzerTaai, ‘kneedbaar’ ijzer dat ambachtelijk wordt ‘gesmeed’ (gehamerd bij hoge temperatuur) tot decoratieve bouwonderdelen als tuinhekken, borstweringen…, versierd in dezelfde stijl als de schachtpanelen. De bordesdeurDe deur op elk bordes die toegang geeft tot de liftkooi. van de hal op de begane grond heeft een origineel kenmerk, aangezien de boogConstructie waarvan de beschrijvende lijnen delen van cirkels of gebogen lijnen zijn en waarin alle drukkrachten optreden. aan de linkerkant is gesplitst om de toegang tot het voormalige conciërgerie achter de lift aan te geven. De initialen L T, waarschijnlijk de bouwer van het gebouw, zijn erop te lezen.
De lift, die net als de hal en het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht. nog zeer authentiek is, is van historisch en esthetisch belang.