Antoine Delporteplein 11

Dit opmerkelijke appartementsgebouw in art deco werd gebouwd voor rekening van Léonard Léon (“algemene plaatsing van diverse installaties, staalconstructies”), naar de plannen van de architect R. Snakenbroek. Een eerste vergunning in 1927 voorzag in een mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken., achter een kleine zoldermuur, met daarop een technische cabine voor een lift. In 1928 werd een vergunning verleend om een derde verdieping te bouwen in plaats van een mansardedakGebroken kap of Frans dak met met steile ondervlakken en licht hellende bovenvlakken..

De lift, die ook in de oorspronkelijke plannen stond, is een zeer compleet exemplaar van het Brusselse merk ATLAS, dat nu niet meer bestaat, en is geïnstalleerd in het gat van de houten trap die in de granito inkomhal begint. De lift staat links ten opzichte van de voordeur. De reling bestaat uit afgeschuinde houten hoekstijlen waartussen op twee niveaus metalen lijsten met traliewerk zijn bevestigd die zijn gescheiden door ovale ringen. De fronten en bordesdeuren zijn gemaakt van ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. met art-decomotieven. De handgrepen van de bordesdeuren zijn identiek aan de binnenste handgreep van de voordeur van het gebouw. In de kelder is er een eenvoudige metalen vouwhekEen sluitsysteem bestaande uit door beweegbare dwarsbalkjes verbonden met staanders, en dat tussen een boven- en een onderrail in- en uitklapt.. De oproepknoppen zijn allemaal origineel en dragen het ATLAS-logo.

De rechthoekige eikenhouten liftkooi met lambriseringWandbetimmering, meestal bestaande uit paneelwerk, aangebracht tegen een binnenmuur (vaak het onderste gedeelte ervan); later ook in marmer, stucwerk, … is aan drie zijden voorzien van glas en wordt afgesloten door een metalen vouwhekEen sluitsysteem bestaande uit door beweegbare dwarsbalkjes verbonden met staanders, en dat tussen een boven- en een onderrail in- en uitklapt.. Hij is uitgerust met een klapbankje en glazen plafondlamp die waarschijnlijk origineel is. Het plafond met Lincrusta heeft een verhoging in het centrale gedeelte. De bedieningsknoppenEen reeks knoppen in de liftkooi waarmee automatisch de gewenste verdieping wordt gekozen. Een stopknop, een alarmknop en een lichtschakelaar maken dit systeem vaak compleet.  zijn echter vervangen.

De robuuste en "eenvoudig" ogende machinerieIn een ruimte onderaan of bovenaan de installatie, een samenstel van aandrijf- en besturingsapparatuur van de lift.  is, in vergelijking met die van de grote merken uit dezelfde periode, nog grotendeels origineel. De liftlier van het merk ATLAS drijft een tractieschijf aan. De ACEA-motor is oud, maar misschien niet de oorspronkelijke. Het onderste deel van de beugel bestaat uit een metalen riem, met duigen zijplaten als steun voor de bevestiging van de liftgeleiders. De liftkooi en het tegengewichtVerbonden met de liftkooi aan de hand van tractiekabels en glijdend langs de verticale geleiders; het is meestal gemaakt van gietijzeren elementen (gietelingen). Het gewicht ervan is gelijk aan dat van een halfvolle liftkooi. Het biedt dus tegenwicht aan het gewicht van de liftkooi, waardoor minder energie nodig is om deze te verplaatsen. , die in dezelfde schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn.  bewegen, zijn voorzien van ronde metalen geleidersVerticale rails van metaal en soms hout, bevestigd over de gehele hoogte van de schacht, waarlangs de liftkooi of het tegengewicht loopt. Kabels kunnen worden gebruikt als geleiders voor het tegengewicht. . De lift is bijzonder traag: 0,30 m/s. De vanginrichtingEen veiligheidssysteem dat de liftkooi op zijn geleiders vastzet in geval van een breuk in de tractiekabel of een te hoge snelheid.  is op het bovenste deel van de beugel geplaatst. Dit is een installatie zonder snelheidsbegrenzer.

Deze bijzonder authentieke lift is van historisch, esthetisch en technisch belang.