Warmoesstraat 66

Appartementsgebouw gebouwd in 1932 door architect Georges Coteur.

De Otislift, die tegelijkertijd met het gebouw werd ontworpen, bedient twee appartementen per verdieping. De toegang tot de lift en tot de trap bevindt zich aan het einde van een lange gang aan de rechterzijgevel. De lift is op een verzorgde en ingenieuze manier ingewerkt: hij bevindt zich in het hart van het gebouw en in het midden van het trapgatHet vrije, open gedeelte in een trappenhuis. en wordt onrechtstreeks overvloedig verlicht door de beglaasde wanden in gehamerd glas van de appartementen die op het trappenhuis uitgeven. Het ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw. van de liftschacht, met lijn- en golfmotieven in typische art-decostijl, kreeg eenzelfde ambachtelijke behandeling als dat van de toegangsdeur van het gebouw en van de kelderdeur, wat het geheel een grote samenhang verleent. Dit werk kan worden toegeschreven aan de Brusselse siersmederij Meganck, waarvan de naam op een plaatje prijkt. De schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn.  wordt afgesloten door panelen van metalen traliewerk met vierkante mazen die op de hoeken in verband zijn geplaatst met decoratief ijzerwerkVerzameling van alle metalen elementen van een gebouw.. De structuur rond de bordesdeuren met vouwhekken wordt bekroond door gestileerd ijzerwerk rond de letter of het nummer van de verdieping, die met verguldsel zijn versierd.

In de houten liftkooi zijn de oorspronkelijke voorzieningen bewaard: twee vensters aan de achter- en zijkant, geprofileerd plafond, identificatieplaatjeEen paneel of plaatje met technische informatie en/of instructies voor het gebruik van de lift in schriftelijke vorm. , bedieningspaneel en alarmknop.

De in de zolderRuimte onder het dak. geïnstalleerde aandrijving bevat nog enkele oude elementen, waaronder de schakelkast, de verdiepingskiezerEen elektromechanisch apparaat in de machinerie dat de exacte positie van de liftkooi aangeeft door middel van overeenkomstige contacten op elke verdieping. Verbonden met de oproep- en bedieningsknoppen kan de liftkooi op de gewenste verdiepingen worden gestopt en gestart.  en de snelheidsbegrenzer. Het tegengewichtVerbonden met de liftkooi aan de hand van tractiekabels en glijdend langs de verticale geleiders; het is meestal gemaakt van gietijzeren elementen (gietelingen). Het gewicht ervan is gelijk aan dat van een halfvolle liftkooi. Het biedt dus tegenwicht aan het gewicht van de liftkooi, waardoor minder energie nodig is om deze te verplaatsen.  circuleert in een aparte schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. .