Kenmerken van de installatie

Ontwerper(s)

Otis

Installatie

oorspronkelijke installatie

Datum van ingebruikname

1927

Juridisch statuut

Erkenning van de historische waarde op 09 oktober 2023

Hoofd- of dienstlift

hoofdlift

Energie

elektrisch

Serienummer

MA0998

Aantal stopplaatsen

8

Nominale last (kg)

320

Aantal personen

3

Snelheid (m/s)

0.62

Type schacht

deels geopend schacht

Schachtwanden

smeedwerk
gaas

Bordesdeuren
oude element(en)

smeedwerk
traliewerk
vleugeldeur

Geleiders

ijzeren ronde

Plaats van het tegengewicht

in een aparte schacht

Oproeknoppen

oude

Identificatieplaatjes

geen

Oude fabrieksmerken

neen

De kooi

Vorm van de kooi

vierhoekig

Kooimaterialen

houten bewerkte glazen (bedrukt, gekleurd, afgeschuind)

koepel

Kooideur

modern

Bedieningsknoppenkast

oude

Identificatieplaatjes

recente

Verlichting

oude plafondlamp

Kooiaccessoires

spiegel

Machinerie

Plaats van de machinerie

in de kelder

Lier

recente motor
tractieschijf

Schakelbord

recent

Verdiepingskiezer

recent

Snelheidsbegrenzer

oude snelheidsbegrenzer

Metadata

Datum redactie fiche

Donderdag 05 oktober 2023

Auteur van de fiche

Lauréline Tissot

id

Urban : 669
lees meer

Beschrijving

Samen met de Alphonse Renardstraat 86 vormt de Molièrelaan 274 een groot luxueus hoekgebouw in Beaux-Arts-stijl. Het werd in 1925 ontworpen door de architecten Louis Duhayon en Marcel Julien voor de Société belge immobilière. Het gebouw vertoont veel overeenkomsten met andere eigentijdse realisaties van dezelfde maatschappij, vooral in de behandeling van de gemeenschappelijke ruimten.

Beide ingangen van het gebouw geven toegang tot een Otis-lift. Op nummer 274 leidt de toegang via een vestibule, een trap en een grote glazen deur naar de hal waar de lift zich bevindt. De lift is geplaatst in het midden van het trappenhuis, in een gedeeltelijk open schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn. . Deze wordt beschermd door een borstwering bestaande uit een ijzeren kader waarin metalen traliewerk met kleine bolletjes is geïntegreerd. De bordesdeuren zijn op dezelfde wijze uitgevoerd, met decoratief smeedwerk aan de voorzijde. Ze zijn identiek aan de deuren in andere gebouwen van de Société immobilière de Belgique. Opmerkelijk is dat de originele oproepknoppen bewaard zijn gebleven.

De zorgvuldig afgewerkte liftkooi, met gelambriseerde wanden en een gewelfd plafond met geprofileerde lijsten, is typerend voor de Otis-productie uit de jaren 1920. Twee ramen in elke zijwand geven de passagier zicht op het trappenhuisGedeelte van een gebouw waarin de trappen zijn ondergebracht.. De cabinedeur werd later vervangen, maar de bedieningskast en de plafondverlichting zijn nog origineel.

In de kelder is de lift bereikbaar via een bakstenen trap. De machinerieIn een ruimte onderaan of bovenaan de installatie, een samenstel van aandrijf- en besturingsapparatuur van de lift. , naast de schachtDe ruimte waarin de liftkooi en/of het tegengewicht bewegen, begrensd door de wanden, het plafond en de bodem van de put. De schacht kan gesloten of gedeeltelijk open zijn.  opgesteld, werd gemoderniseerd. Alleen het afleidwiel en, in de kopschacht, de keerschijven voor de liftkooi, het tegengewichtVerbonden met de liftkooi aan de hand van tractiekabels en glijdend langs de verticale geleiders; het is meestal gemaakt van gietijzeren elementen (gietelingen). Het gewicht ervan is gelijk aan dat van een halfvolle liftkooi. Het biedt dus tegenwicht aan het gewicht van de liftkooi, waardoor minder energie nodig is om deze te verplaatsen.  en de snelheidsbegrenzer zijn oud en vermoedelijk origineel.

Deze lift, waarvan de zichtbare onderdelen grotendeels authentiek zijn gebleven, getuigt van de hoogstaande maar seriematige uitrusting die de Société belge immobilière ontwikkelde. Hij bezit zowel historische als esthetische waardeHistorisch gezien werd die waarde aangewend om waardevolle groene ruimten en natuurlijke of halfnatuurlijke gebieden aan te duiden. De waarde kan ook gelden voor grote gehelen van gebouwen in een stedelijk gebied, met of zonder natuurlijke elementen, of monumenten die het stadslandschap markeren. Een afweging met andere waarden dringt zich tevens op: de artistieke, de landschappelijke (integratie van het werk in het stedelijk landschap, oriëntatiepunten in de stad) en de stedenbouwkundige waarde (spontane of rationele stedelijke gehelen). De volgende selectiecriteria worden er eveneens aan gekoppeld: de ensemblewaarde en de contextuele waarde..